Het is een zomerse woensdagochtend, even voor achten, en het speelplein van de Zaanse basisschool Kleurenpracht ligt er nog verlaten bij. Bij de deur hangen wel  een paar kinderen rond. Ennes, de oudste van het stel, knikt richting een vermoeid ogend vriendje, hij was hier weer als eerste. ‘Om kwart over zeven gebracht’, klinkt het schuchter. De jongen gaapt en haalt zijn schouders op. Zo gaat dat.

Binnen is er al bedrijvigheid. Het is de week voor de grote vakantie en er hangt zomerse voorpret in de lucht. Klaslokalen worden gelucht en opgeruimd en knutselwerkjes van ramen losgepeuterd. Een vader brengt een doos Merci: ‘Bedankt voor het afgelopen jaar’. Zoals elke dag laden twee moeders een karretje vol ontbijt­producten: crackers, kaas, melk, yoghurt en versgebakken tosti’s.

‘Goedemorgen!’ roepen ze vrolijk als een eerste leerling de centrale hal binnenkomt. Het meisje, de ogen naar de grond gericht, wordt door haar moeder richting buffet gedirigeerd. ‘Neem maar...