Democratie begint niet bij verkiezingen. Ze begint bij het recht om dwars te liggen. Om het niet eens te zijn met beleid. Om te demonstreren tegen onrecht. Om ideeën te verkondigen die niemand ziet zitten. Het recht op demonstratie is daarom geen voetnoot in de grondwet, maar een fundament. Het stelt burgers in staat om zich uit te spreken tegen onrecht, tegen falend beleid, en voor hun eigen oplossingen en ideeën, hoe extreem en onrealistisch die soms ook zijn. Demonstraties en tegengeluid zijn geen overlast; ze zijn zuurstof. Ze zorgen voor de noodzakelijke botsing tussen macht en moraal. Zonder die clash geen vooruitgang en geen goed werkende samenleving.

Toch worden de rafelranden van onze vrijheid almaar rafeliger. In de Verenigde Staten gebeurt het grootschalig: tegenspraak wordt gecriminaliseerd, bedrijven en overheden gebruiken juridische wapens om activisme te smoren, de tegenmacht wordt ontslagen of vervolgd.

Maar ook in Nederland draait de wind....