Je grootmoeder op een stoel in de hoek, het neefje van de zus van je zwager op de bank. En dan logeert er deze week nog een vriend uit de Oost-Kaap die zijn geluk komt beproeven in Kaapstad. Allemaal brothers en sisters, al dan niet met bloedband, allemaal onder één dak.

Het is in Zuid-Afrika de gewoonste zaak van de wereld. In Bonteheuwel op de weidse Kaapse vlakten zwaait Henriette haar voordeur open. Ze gebaart dat we op een ongemakkelijk drukke bank kunnen zitten, naast haar vriendin en een buurvrouw, en duwt ons een kop hete rooibosthee in de hand. In de open keuken staat haar volwassen dochter met geliefde in een pan te roeren. ‘Hoe wij hier wonen?’ lacht de vrouw des huizes hard. Alle slaapkamers vol, natuurlijk. Logees slapen op de bank. ‘We helpen elkaar, ook financieel. Zo leven wij hier.’ Het is inspirerend om te zien voor klagende Nederlanders als wij.

In de schamele achtertuintjes wordt driftig bijgebouwd. Die extra slaapkamers worden vaak een thuis voor...